Zzp-debat zet verhoudingen op scherp: Kamer verdeeld over toekomst VBAR en alternatief voorstel van VVD, D66, CDA en SGP

Het politieke landschap rond het zzp-dossier is volop in beweging na het Commissiedebat ZZP op donderdag 3 april. De Kamercommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid ging vorige week namelijk in debat met de bewindspersonen Van Hijum (SZW) en Van Oostenbruggen (Fiscaliteit en Belastingdienst). Centraal stond de voortgang van het veel besproken en stevig bekritiseerde wetsvoorstel Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR). Op 27 maart stuurde minister Van Hijum nog een Kamerbrief naar de Tweede Kamer, waarin hij liet weten het wetsvoorstel aan te passen na de belangrijke uitspraak van de Hoge Raad in de zaak FNV/Uber. Deze uitspraak leidde ertoe dat het externe ondernemerschap gelijkgesteld wordt aan werknemerschap en zelfstandigheid binnen de arbeidsrelatie.

Kamerleden nog steeds kritisch over aanpassing VBAR

Tijdens het debat bleek duidelijk dat meerdere Kamerleden nog steeds stevige bedenkingen hebben bij de VBAR. De kritiek richt zich voornamelijk op het feit dat de voorgestelde aanpassingen slechts “codificatie van gerechtelijke uitspraken” lijken te zijn, wat volgens diverse fracties onvoldoende is om schijnzelfstandigheid effectief aan te pakken. Zo noemde Rikkers-Oosterkamp (BBB) het wetsvoorstel VBAR als ‘schieten met hagel op een mug’ en vroeg Kamerlid Flach (SGP) nogmaals aandacht voor het opknippen van het wetsvoorstel, aangezien er veel draagvlak en steun is voor het rechtsvermoeden van werknemerschap onder een bepaald uurtarief.

Alternatief voorstel Aartsen (VVD): Belgisch model als inspiratie

VVD-Kamerlid Aartsen gebruikte het debat om nadrukkelijk aandacht te vragen voor zijn initiatiefwet, die geïnspireerd is op wet- en regelgeving in België. Het voorstel werd op donderdagochtend gepubliceerd, slechts een paar uur voor het zzp-debat. De essentie van dit voorstel is dat er vooraf meer duidelijkheid komt of er sprake is van een zelfstandig ondernemer of werknemer. Ook komt er meer aandacht voor de positie van de zelfstandige zelf, in plaats van criteria en elementen binnen de arbeidsrelatie. Hiermee kan vooraf helderheid worden geboden en schijnzelfstandigheid voorkomen worden, aldus Thierry Aartsen.

De partijen D66, CDA en SGP steunen het initiatief van Thierry Aartsen. Kamerlid Vijlbrief (D66) benadrukte tijdens het debat dat het voorstel eindelijk een heldere juridische aanpak biedt voor de problematiek die al ruim vijftien jaar speelt rond zelfstandigheid en schijnzelfstandigheid.

NSC en PVV kritisch: afspraken hoofdlijnenakkoord belangrijk

Toch kreeg het voorstel van Aartsen niet alleen maar positieve reacties. Vooral de NSC en PVV waren uitgesproken kritisch, met name omdat zij vinden dat het voorstel niet aansluit bij de eerder gemaakte afspraken uit het Hoofdlijnenakkoord. In het Hoofdlijnenakkoord staat namelijk opgenomen dat er verder wordt gewerkt aan het wetsvoorstel VBAR.

Kamerlid Boon (PVV) was dan ook kritisch op Aartsen: “ik schrik ervan hoe makkelijk Aartsen over eerder gemaakte afspraken heen stapt.”. Ook Kamerlid Saris (NSC) gaaf aan dat “afspraak afspraak is” en dat NSC vasthoudt aan de afspraken uit het Hoofdlijnenakkoord. Dit maakte meteen duidelijk dat steun vanuit de coalitiepartners NSC en PVV voor het voorstel van Aartsen niet vanzelfsprekend is.

Herstel- en Veerkrachtsplan zet extra druk op aanpak schijnzelfstandigheid

Tijdens het debat kwam ook duidelijk naar voren dat Nederland afspraken in 2022 heeft gemaakt met de EU via het Herstel- en Veerkrachtsplan, waarin expliciet aandacht wordt besteed aan het aanpakken van schijnzelfstandigheid. DENK-Kamerlid Ergin vroeg hierbij expliciet of de VBAR met naam genoemd wordt in dit plan, of dat alternatieven zoals het voorstel van Aartsen mogelijk ook aan de Brusselse voorwaarden kunnen voldoen. Minister Van Hijum gaf aan hiernaar te kijken, maar benadrukte tegelijkertijd dat wijzigingen aan de afspraken met de Europese Commissie beperkt mogelijk zijn. Hiermee is uiteindelijk €600 miljoen gemoeid.

 

Eerste reacties uit het maatschappelijk middenveld

De Vereniging Zelfstandigen Nederland (VZN) heeft kritisch gereageerd naar aanleiding van het debat. Volgens VZN blijft het probleem van de VBAR dat het vooral inzet op “reparatie” en codificatie, zonder daadwerkelijk een structurele oplossing te bieden voor het onderliggende probleem van schijnzelfstandigheid. VZN benadrukt het belang van een helder en transparant toetsingskader waarbij zelfstandigen vooraf zekerheid krijgen. In dat licht spreekt het Belgische model van Aartsen hen aan, maar benadrukt VZN ook dat bredere politieke consensus noodzakelijk is om werkelijk tot een duurzame oplossing te komen.

Ook de coalitie van brancheverenigingen, bestaande uit de ABU, NBBU, Bovib, VvDN en RIM, blijft kritisch op de VBAR. Zij hebben laten weten dat de VBAR overbodig is na het Uber-arrest en roepen op om het rechtsvermoeden van werknemerschap snel in te voeren en daadwerkelijk aan de slag te gaan met de hervorming van de sociale zekerheid.

Politieke verhoudingen: PVV uiterst kritisch

De politieke dynamiek rondom dit dossier is uiterst boeiend. Momenteel kan het voorstel van VVD, D66, CDA en SGP rekenen op 41 zetels in de Tweede Kamer. Dit is een stevige basis, maar nog onvoldoende voor een parlementaire meerderheid. De BBB is uiterst kritisch op de VBAR en de kans is groot dat deze partij uiteindelijk ook het voorstel van Aartsen zal steunen. Dit zal ook weer grote gevolgen hebben voor de verhoudingen in de Eerste Kamer, waar de BBB met 16 zetels een stevige positie heeft.

De komende periode zal duidelijk maken of er eindelijk een breed gedragen oplossing komt voor het al jarenlang voortdurende probleem van schijnzelfstandigheid. Eén ding is zeker: de politieke verdeeldheid blijft aanwezig en het wordt een uitdaging om beide voorstellen met elkaar in evenwicht te brengen.

Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan

Vragen hierover? Neem contact met ons op.

Sem Overduin
Public Policy & Affairs Manager
Sem.Overduin@headfirst.nl

Oifik Youssefi
Public Affairs Officer
Oifik.Youssefi@headfirst.nl

Maaike van Driel
Head of Legal
Maaike.vanDriel@headfirst.group

Thomas ten Veldhuijs
Senior Legal Counsel
Thomas.tenVeldhuijs@headfirst.nl