Op 18 december heeft de Belastingdienst het ‘Handhavingsplan Arbeidsrelaties tranche 2025‘ gepubliceerd. In dit plan staat de opheffing van het handhavingsmoratorium per 1 januari 2025 centraal. In 2025 worden er geen vergrijp- en verzuimboetes uitgedeeld, maar naheffingen en correcties op loonbelasting en sociale premies kunnen wel plaatsvinden. Ook blijft het voor de Belastingdienst mogelijk om eerst een waarschuwing te geven, om de opdrachtgever er op te wijzen aandacht te hebben voor de kwalificatie van de arbeidsrelatie en de mogelijke risico’s van schijnzelfstandigheid. De waarschuwing is overigens geen officieel instrument, zoals de aanwijzing dat wel was.
Vanaf 1 januari 2025 wordt het handhavingsmoratorium opgeheven. Dit betekent dat opdrachtgevers direct consequenties kunnen ondervinden bij een onjuiste kwalificatie van arbeidsrelaties. De Belastingdienst schetst in het Handhavingsplan hoe deze overgang plaatsvindt, om onrust te voorkomen en naleving van regels te bevorderen. De focus ligt op een evenwichtige aanpak, waarbij schijnzelfstandigheid wordt tegengegaan zonder de vrijheid van werkenden onnodig te beperken.
Uitfaseren van modelovereenkomsten
De Belastingdienst heeft in hun Handhavingsplan aangegeven deze overgang zorgvuldig te willen begeleiden. Een centrale pijler in de strategie is het ingroeimodel, dat corrigerende maatregelen vóór 2025 beperkt tot gevallen van kwaadwillendheid. Tegelijkertijd blijft de Belastingdienst inzetten op samenwerking met de markt. Brancheorganisaties en fiscaal dienstverleners worden betrokken bij het vergroten van bewustwording en het bieden van ondersteuning aan inhurende organisaties en zelfstandigen. De verantwoordelijkheid voor correcte kwalificatie van arbeidsrelaties ligt echter primair bij de betrokken partijen zelf.
Een ander belangrijk aspect in het plan van de Belastingdienst is de uitfasering van modelovereenkomsten. Vanaf 6 september 2024 worden geen nieuwe aanvragen of verlengingen van modelovereenkomsten meer in behandeling genomen. Voor bestaande overeenkomsten geldt een overgangsperiode tot eind 2029. De nadruk verschuift naar fiscale beheersing binnen wettelijke kaders en praktische hulpmiddelen zoals de webmodule.
Vooroverleg blijft mogelijk
Tot slot verwacht de Belastingdienst de aankomende tijd meer verzoeken om vooroverleg. De Belastingdienst is tot de conclusie gekomen dat vooroverleg een belangrijk dienstverlenend instrument kan zijn. Om die stroom zo goed mogelijk af te kunnen handelen moeten de verzoeken voldoen aan de gestelde voorwaarden en moet het verzoek ook volledig zijn. Op het verzoek om vooroverleg en de checklist vooroverleg is duidelijk aangegeven welke informatie minimaal nodig is om een verzoek succesvol te kunnen indienen. In de checklist is nadrukkelijk opgenomen dat ons standpunt op basis van de beschreven feiten en omstandigheden alleen zekerheid geeft, als de feitelijke uitvoering van het werk ook exact aansluit op wat beschreven is. Vooroverleg geeft alleen voorwaardelijke (en dus geen absolute) zekerheid.
Het uiteindelijke doel is om vanaf 2026 de handhaving volledig te integreren in het reguliere toezicht van de Belastingdienst. Mocht je vragen hebben over het Handhavingsplan of de verdere gevolgen hiervan, neem dan contact op met publicaffairs@headfirst.nl.
Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan
Vragen hierover? Neem contact met ons op.
Sem Overduin
Public Policy & Affairs Manager
Sem.Overduin@headfirst.nl
Oifik Youssefi
Public Affairs Officer
Oifik.Youssefi@headfirst.nl
Maaike van Driel
Head of Legal
Maaike.vanDriel@headfirst.group
Thomas ten Veldhuijs
Senior Legal Counsel
Thomas.tenVeldhuijs@headfirst.nl