In navolging van twee voortgangsbrieven in 2018 heeft Minister Koolmees de Tweede Kamer 24 juni 2019 opnieuw geïnformeerd over de voortgang rondom de vervanging van de Wet DBA. Wij vatten de belangrijkste ontwikkelingen voor je samen.
Onderkant van de markt
Voor de onderkant van de markt komt er voor zzp’ers een minimumtarief van €16,-. Dit is een alternatief voor de verplichte arbeidsovereenkomst voor zzp’ers aan de onderkant van de arbeidsmarkt, die in strijd bleek met Europese wetgeving. Hiermee bereikt het kabinet hetzelfde doel: voorkomen dat zzp’ers tegen een te laag tarief worden ingehuurd.
Bovenkant van de markt
Voor de bovenkant komt er een zelfstandigenverklaring (tot op heden opt-out genoemd), die niet alleen vooraf zekerheid geeft over loonheffing en werknemersverzekeringen, maar ook zover mogelijk over arbeidsrechtelijke gevolgen (bijvoorbeeld loondoorbetaling bij ziekte), pensioenverplichtingen en cao-bepalingen. Dit is een verdergaande invulling van de afspraak in het regeerakkoord over de opt-out.
Voor gebruik van de zelfstandigenverklaring gelden de volgende voorwaarden:
1. In de overeenkomst van opdracht moet opgenomen zijn dat partijen de bedoeling hebben geen arbeidsovereenkomst te sluiten;
2. De opdrachtnemer dient bij de Kamer van Koophandel ingeschreven te staan;
3. De opdrachtgever en de opdrachtnemer ondertekenen beiden de zelfstandigenverklaring;
4. De arbeidsbeloning bedraagt minimaal €75,- per uur;
5. De overeenkomst wordt aangegaan voor maximaal één jaar.
*** Opdrachtduur van maximaal één jaar ***
Het kabinet acht het wenselijk om het criterium van maximaal één jaar, een periode die eerder in het regeerakkoord (2017) is aangehaald, op te nemen om te voorkomen dat de zelfstandigenverklaring wordt gebruikt door zelfstandigen die voor langere tijd werkzaamheden verrichten.
Mochten de werkzaamheden langer duren dan een jaar, dan geldt de zelfstandigenverklaring niet meer voor de periode na dat jaar. Dit betekent niet dat opdrachtgevers zzp’ers niet langer dan een jaar in kunnen inhuren, maar zal in de praktijk inhouden dat opdrachtgevers die zekerheid zoeken met behulp van de webmodule een oordeel over een arbeidsrelatie moeten vragen.
Webmodule en opdrachtgeversverklaring
Het kabinet werkt aan een webmodule, waarmee aan de hand van de antwoorden op een aantal vragen vooraf kan worden vastgesteld dat geen sprake is van een dienstbetrekking. In dat geval geeft de webmodule een zogenoemde opdrachtgeversverklaring. Deze verklaring geeft de opdrachtgever vooraf zekerheid dat geen loonheffing hoeft te worden ingehouden en afgedragen en geen premies werknemersverzekeringen en inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet hoeven te worden betaald. Bij de term ‘zekerheid vooraf’ hoort een kanttekening, die in de brief als volgt omschreven staat: “De opdrachtgeversverklaring is geldig voor zover de webmodule naar waarheid is ingevuld en er in de praktijk dienovereenkomstig wordt gewerkt.” Op dit laatste komt handhaving op het moment dat de wetgeving definitief van kracht is.
*** Weging van factoren ***
De webmodule wordt ingericht op basis van wetgeving, praktijkcasussen en jurisprudentie in het kader van de kwalificatie van de arbeidsverhouding. Om de administratieve lasten laag te houden, wordt onderzocht of de vragenlijst zoveel als mogelijk beperkt kan worden.
De Universiteit van Amsterdam heeft een juridische database ontwikkeld waarin jurisprudentie op het gebied van het arbeidsrecht, de fiscaliteit en sociale zekerheid van ongeveer de laatste tien jaar inzichtelijk wordt gemaakt met betrekking tot de classificatie van een arbeidsrelatie. De analyse van deze database wordt gebruikt om te komen tot een weging van de afzonderlijke vragen: welk element weegt zwaar(der) mee bij de kwalificatie van de arbeidsrelatie.
Ondertussen is een (uitgebreide) vragenlijst uitgezet onder 50.000 opdrachtgevers met het verzoek de vragenlijst in te vullen. Op basis van data-analyse wordt bezien of een algoritme kan worden ontwikkeld, die via een slimme routering met zo min mogelijk vragen tot een correcte uitkomst komt.
In de zomer wordt getest met de webmodule. Na de zomer wordt de Tweede Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van deze testfase.
*** Criterium ‘reguliere bedrijfsactiviteit’ vervalt ***
In afwijking van het regeerakkoord stelt het kabinet voor het criterium ‘reguliere bedrijfsactiviteiten’ te laten vallen. Bij zzp’ers en opdrachtgevers is veel weerstand tegen dit criterium. Met name het feit dat het een nieuw criterium is, dat nog niet is ingevuld door jurisprudentie, en dat de betekenis ervan door de jaren heen zal blijven veranderen, roept de zorg op dat dit veel discussie gaat opleveren. Dit zou daarmee leiden tot meer onzekerheid en minder duidelijkheid, wat onwenselijk is voor het kabinet.
Opnieuw uitstel, handhavingsmoratorium verlengd
Het kabinet werkt momenteel aan wetgeving. Het streven is deze wetgeving in het derde kwartaal van 2019 voor internetconsultatie uit te zetten. De inwerkingtreding van de wetgeving is voorzien in 2021, wat tot nu toe nog gepland stond op 1 januari 2020. In lijn daarmee is ook het handhavingsmoratorium verlengd tot in ieder geval 1 januari 2021.
*** Handhaving op kwaadwillendheid lastig ***
Tijdens het handhavingsmoratorium wordt door de Belastingdienst gehandhaafd op kwaadwillendheid. In de praktijk blijkt het echter zeer lastig om te voldoen aan de zware bewijslast voor kwaadwillendheid. Daarom worden de mogelijkheden tot handhaving gedurende het moratorium aangescherpt: vanaf 1 januari 2020 kan de Belastingdienst ook handhaven wanneer opdrachtgevers aanwijzingen van de Belastingdienst – die het geeft als ze zich op het standpunt stelt dat de kwalificatie van de arbeidsrelatie voor de loonheffingen niet in overeenstemming is met de huidige wetgeving – niet (of in onvoldoende mate) binnen een redelijke termijn opvolgen.
Meer informatie
Alles weten over (de vervanging van) de Wet DBA? Op deze website vind je altijd het laatste nieuws. Download ook het gratis whitepaper, waar we alle belangrijk informatie voor jou op een rij gezet hebben.
We staan ook met raad en daad voor jou klaar. Wil je spreken met een adviseur van HeadFirst? Stuur een e-mail naar info@headfirst.nl of bel 023-5685630.